zaterdag, augustus 26, 2006

Hippocrates A en Hippocrates B

Vroeger heette het de eed van Hippocrates. Sinds 2003 werd een gemoderniseerde vorm in gebruik genomen: de Artseneed van het KNMG.
De tekst werd dan wel gemoderniseerd, aan de inhoudelijke bedoeling van de eed werd niets veranderd . Het was van belang om een beginnend arts via een eed te herinneren aan de taak van een arts: zijn kennis en kunde in dienst te stellen van het beschermen van mensenlevens. Naast het louter moderniseren dat met deze eed werd beoogd, is het de bedoeling dat de arts ook belooft geen misbruik te maken van zijn medische kennis, ook niet onder druk. Dit is toegevoegd met het oog op de Rechten van de Mens uit 1948, met als doel misbruik van medische kennis, zoals dat tijdens de Tweede Wereldoorlog optrad, te voorkomen.

Het is een duidelijke en zinnige eed. In details geeft het wellicht reden tot meningsverschillen vanwege religieuze overtuigen, (waar het b.v. euthanasie of abortus betreft) over de meeste ethische kwesties bestaan er geen misverstanden.
Ook niet of een legerarts een aanvaardbaar fenomeen is. Hij lapt immers vechtmachines op zodat die weer verder kunnen met moorden? Zou het nalaten van medische hulp dan juist geen levens sparen? Hier zouden we dan voor een Hippocratisch dilemma staan, ware het niet dat: a: De arts geen zekerheid heeft of de soldaat juist overtuigd pacifist wordt na zijn herstel, en b: daar heeft hij ook verder geen moer mee te maken; hij dient de geneeskunst te beoefenen, basta!

Ziedaar, er bestaan geen twee manieren om over deze eed na te denken. Of je moet psycholoog in Amerika zijn, natuurlijk.

Dr. Trudy Bond, lid van de "American Psychological Association" (APA), ergerde zich nogal aan het feit dat er in Guantanamo, Bagram en diverse wereldwijd verspreide martelcentra, door psychologen aktieve hulp aan militairen verleend werd voor ondervragingstechnieken die niet door de Geneefse conventies geautoriseerd waren. Door bezorgde leden van de vereniging
werd aangedrongen op een krachtig geformuleerde, openlijke afwijzing van dergelijke praktijken.

Tijdens de jaarlijkse bijeenkomst van de APA raad werd een nieuwe "resolutie over marteling" aangenomen, waarin het medewerken aan dit soort praktijken ten zeerste veroordeeld werd en dit werd vervolgens vol trots via de media bekendgemaakt.

Kort daarop echter verklaarde dr.Stephen Behnke, directeur van APA's "Ethics Office" in een artikel van de "Monitor on Psychology" dat psychologen weliswaar gebonden zijn aan deze ethische code A: (doe geen kwaad) maar dat er ook een code B bestaat, die zegt: Doe je burgerplicht in het beschermen van de samenleving (c.q. doe potentiële vijanden kwaad). Deze "Code of Ethics" werd in 2005 samengesteld door een speciale presidentiële task force met de vooropgezette bedoeling de praktijk van martelingen te rechtvaardigen. Rechtvaardigen voor iedere psycholoog die zijn patriottistische eed, zoals die in de Oath of Allegiance geformuleerd is, belangrijker wenst te vinden dan zijn (universele) medische eed. Dr. Bond vroeg zich verbaasd af of acceptatie van de "Resolution on torture" niet automatisch de bestaande "Ethics Code" in belangrijkheid overtrof.
Volgens dr. Behnke was dit niet het geval en betrof het slechts een update van een prima functionerende ethische code.

Dr. Bond overweegt nu een speciale "Mengele Award" uitreiking voor die psychologen die zoveel hebben gegeven in de bescherming van hun land door te assisteren in martelingen in Guantanamo, Bagram and Abu Ghraib.

Geen opmerkingen: