donderdag, juni 27, 2013

Een uniek idee: Een Afghaan iets vragen over de toekomst van Afghanistan

Dit is een vertaling van het artikel "A Novel Idea: Asking an Afghan about Afghanistan" van Greg Palast, 10 mei 2013

"Nu dat de rotzak dood is, waarom is de VS nog steeds boos op ons?"

“Ons” in dit gesprek, is de taliban. De 'Rotzak' in kwestie is Osama bin Laden.

De Taliban's frustratie werd mij kenbaar gemaakt door Yahya Maroofi, raadsheer van de Afghaanse president Hamid Karzai – Karzai 's Kissinger, als Kissinger een ziel zou hebben.

De zijderoute natie Kazachstan is een uitmuntende plek om de derwisjen tegen te komen die het Grote Spel spelen om het beheer van de kameel en - pijpleiding routes over de Centraal-Aziatische
steppen. Hier kunnen we getuige zijn van de diplomatieke en militaire dwaasheden van nieuwe imperiums die krampachtig de aanblik vermijden van de gedroogde skeletten van de triomferende legers die hen voorgingen.

Maroofi bracht de dag door in de Kazachstaanse hoofdstad op weg naar nauwelijks opgemerkte vredesonderhandelingen – nauwelijks opgemerkt omdat noch Uncle Sam, noch Groot Brittannië waren uitgenodigd. De aanwezigheid was beperkt tot de frontlinie-staten die straks de granaat mogen vasthouden nadat Amerika en Engeland daar de pin hebben uitgetrokken, door de terugtrekking van hun troepen in 2014. De opstelling bestaat uit Kazachstan, Rusland, Kirgizië (geboorteplaats van de Boston Bombers) en de grote nieuwe patser in de regio, Turkije, net zoals Iran, de natie die het meest gevreesd en veracht wordt door de Taliban. De onaangekondigde gasten, natuurlijk, zijn de taliban zelf.

Ik voel me genoodzaakt om een gedeelte te citeren van mijn lange gesprek met de Afghaanse minister na het lezen van stapels opzichtige lariekoek over Afghanistan uit de pennen van de Amerikaanse propaganda roeptoeters die doen alsof ze verslaggevers zijn. Mijn favoriet is, "Hoop Gloort Voor Afghanistan Na Vertrek Coalitie " in de New York Times.
Om hun deskundigheid kracht bij te zetten, gebruikten twee Amerikaanse journalisten hun column-ruimte om de woorden te noteren van generaal Joseph F Dunford Jr, commandant van alle "internationale troepen" in Afghanistan. 
 
Dunford was pas voor het eerst ongeveer 12 weken geleden aangekomen in Afghanistan. Hij kan dan wel geen Tadzjiek van een kamelenscheet onderscheiden maar hij spreekt wél vloeiend Pasjtoe. (Dat laatste heb ik zelf verzonnen, want ik ben moe van Europeanen die de draak steken met Amerikanen en hun gebrekkige kennis van vreemde talen.) Met name het Times artikel over de toekomst van Afghanistan bevat niet één woord van een Afghaan.


Maar aangezien de generaal een borst vol medailles heeft neem ik aan dat hij als bron niet onderdoet voor een ander.

Ik vroeg me wel af waarom de Times verslaggevers helemaal naar Kaboel vlogen om een onnozele Amerikaanse generaal te spreken wanneer ze tijd en pijnlijke inentingen hadden kunnen besparen door gewoon de persberichten van het Pentagon in Washington te kopiëren. The Times vroeg "Fighting Joe ', zoals hij wordt genoemd in zijn officiële biografie, de enige vraag die van belang is voor de Amerikaanse pers: “Zullen de Afghaanse troepen in staat zijn om opnieuw leidinggevende verantwoordelijkheid te nemen in het doden van de taliban?” “Ja!” beweerde de toerist-generaal.

Dus ik dacht, wat kan het bommen, laten we eens een Afghaan vragen over de toekomst van Afghanistan. Maroofi, de minister in wier handen deze toekomstige valt, gooit het over een geheel andere boeg. Hij heeft geen tijd voor de Amerikaanse fixatie op de vraag of Afghanen tegen de taliban zullen vechten. Hij maakt duidelijk dat de Afghanen helemaal niet tegen de taliban willen vechten . En de taliban wil niet tegen mede-Afghanen vechten.


Maar Generaal Joe wil dat het Afghaanse leger zijn moed betoont in het "gevecht tegen mede-moslims en landgenoten", zoals de Times het uitdrukt. Het lijkt alsof de VS een grote angst heeft dat, zonder Amerikaanse militaire voetafdruk en drones in de lucht, de oorlog zal eindigen, en daarmee het Grote (en zeer lucratieve) Spel.

Echter, het is de hoop van de meeste Afghanen, en het doel van de regering Karzai, niet om de taliban te doden, maar om ze binnen de regering te brengen.

Of, zoals Maroofi het uitlegt, om publiekelijk te erkennen dat “de Taliban al in de regering zit, in het parlement, betrokken zijn bij het bestuur” - maar niet openlijk. De gesprekken tussen de frontlinie staten zijn bedoeld om de taliban terug te brengen naar haar wortels als een politieke organisatie, niet als gewapende opstandelingen.

Maroofi erkent dat er wel wat knelpunten zijn: Momenteel zijn vrouwelijke leden van het Afghaanse parlement bang voor bijeenkomsten met hun nog-niet-openbare taliban collega's.

"Taliban zijn Pasjtoen. Zij zijn burgers van Afghanistan. Ze zullen een plaats moeten krijgen in onze democratie." Dat is niet wat Uncle Sam wil horen. President Barack Obama, de Drone Ranger, wil Afghaanse troepen omtoveren tot een soort drone leger, op afstand bestuurde moordenaars om druk op de ketel te houden.

Afghanen hebben echter genoeg van het spelen van gevolmachtigde in andermans oorlog. En ze zien een kans om het doden te beëindigen.
Alle Aziatische diplomaten die ik ken zijn het er over eens dat, “De taliban weliswaar militair verslagen is”, maar net als het Amerikaanse leger, kunnen ze op de grond geen progressie maken, noch de positie consolideren. Ze worden geconfronteerd met collega-Pasjtoen (waaronder Karzai zelf, natuurlijk ), niet de Noordelijke Alliantie van minderheden die ooit hun macht binnen de perken hield. Het is niet langer het exclusieve feestje van de taliban.

Daar komt bij dat de taliban een vier-biljoen dollar worst voorgehouden wordt die wacht op diegenen die zich aanmelden voor een vredesakkoord. De Amerikaanse luchtmacht heeft een volledig onderzoek vanuit de lucht uitgevoerd naar Afghaanse delfstoffen, en vrijgegeven Russische tests wijzen op onontgonnen minerale rijkdom in de vorm van goud (in Badakshan), koper (Balkhab), ijzer (Haji-Gak), kobalt (Aynak), carbonatiet (Khanneshin ), tin (Dusar-Shaida) en meer. Afghanistan zou het Saudi-Arabië van rijke rotsen kunnen zijn.

Weggelaten uit de gepubliceerde Amerikaanse rapporten (maar iets wat ik heb opgegraven uit oude CIA bestanden die niet van computers verwijderd waren) was het meest waardevolle voorraadje alles: uranium, wellicht 's werelds grootste voorraad. De Sovjets hadden het stiekem het uranium al gedolven, met alleen geïmporteerde Russische arbeiders, totdat ze in 1988 terug naar huis werden gejaagd.

Uraniumwinning is veel winstgevender dan de opiumhandel (dat toch al steeds meer uitwijkt naar Myanmar). De hoop van de Karzai regering is, om als erfenis, een pad naar rijkdom achter te laten, maar die rijkdom kan niet uitgegraven worden voordat de grond daarboven vrij is van landmijnen en maniakken.

Chinese staatsbedrijven in Kaboel staan in de rij met schoppen en het ondertekenen van bonussen. Maroofi houdt van Chinese bedrijven - zijn bieden eerder kans op banen, dan op meergeld. In tegenstelling tot de westerse bedrijven.

Smeergeld. Steekpenningen. Corruptie. Het was dit onderwerp dat Maroofi aanzette tot een lange verhandeling. Ja, Afghanen werden overladen met miljarden aan steekpenningen, smeergelden en corrupte deals, maar wie betaalt die steekpenningen? Wie is de aanstichter van het corrumperen?

"Karzai vertelde defensie aannemer Lockheed Martin, 'Jullie geven honderden miljoenen dollars aan contracten aan mijn familie en aan de gezinnen van mijn ministers, omdat jullie verwachten daarmee invloed te kopen. Jullie krijgen die invloed niet, en jullie geld krijgen jullie evenmin terug.'”

Lockheed's antwoord is dat de Amerikaanse wetgeving vereist dat contracten aangeboden worden aan de "meest gekwalificeerde" bieder, ongeacht de familiale relaties met de overheid. Ongeacht welke regering, lijkt het: Lynn Cheney, Dick's vrouw, zat ooit in de Raad van Bestuur van Lockheed.

(Maroofi gaf mij informatie over bedenkelijke contracten die het hele bestuursstructuur vergiftigen. Ik ben van plan om de feiten hierover op te sporen, dus blijf deze site volgen. G.P)

Voorpagina's in Amerika werden de afgelopen week overspoeld met de CIA bekentenis dat het koffers vol dollars aan het verzenden is naar het kantoor van president Karzai. Geen mens die suggereert dat Karzai zelf een greep in die koffers heeft gedaan: de buit is bedoeld om uit te delen aan krijgsheren die een beetje gefêteerd moeten worden. Bijvoorbeeld, Oezbeekse mafkees Abdul Rashid Dostum gaat er prat op dat hij de CIA maandelijks een factuurtje van $ 800.000 stuurt, om aan de kant van de overheid te blijven.

Maar Karzai kan eenvoudigweg het ontspoorde koffer-systeem niet beheersen. Maroofi is bijzonder verbolgen vanwege het feit dat, “Deze Amerikaanse bedrijven miljoenen geven aan gouverneurs waarvan ze weten dat ze het geld splitsen met de taliban.” Een favoriete handeltje voor de taliban is het aannemen van miljoenen aan steekpenningen (via de gouverneurs) om transporten van materiaal door te laten, bedoeld voor de Amerikaanse troepen die in afgelegen streken tegen de taliban vechten.

Op dit moment is de taliban klaar – weliswaar schoorvoetend - voor het vredesakkoord, met de bedoeling om ook een stukje van de cake op te kunnen eisen. En ze zijn verbaasd dat, nu dat de rotzak Osama dood, de VS nog steeds een wrok koestert.

Waarom? Laten we het onder ogen zien: als Karzai de oorlog kan beëindigen, dan zal de winnaar van het Grote Spel zijn ... China. Immers, de VS heeft bijna alle erts die het nodig heeft onder eigen bodem of op gemakkelijke grijp-afstand van Canada en Latijns-Amerika. En in tegenstelling tot China, smachtend naar die naar die gasleidingen van Kirgizië en olieleidingen van het Kaspische bekken komt het Amerikaanse gefrackte aardgas en olie uit haar kont spuiten. Zonder enige twijfel zal het vrijkomen van Afghanistan bodemrijkdommen alleen maar een prijsval veroorzaken van grondstofreserves die in het bezit zijn van Amerikaanse bedrijven.

Vrede in Afghanistan is China's economische infuus en Amerika's grondstoffenprijs tuimeling.

General Joe is niet bezorgd over een plotselinge uitbraak van vrede. "Je kunt me ervan beschuldigen een optimist te zijn en ik zal schuldig pleiten," terwijl hij uitkijkt op een Afghanistan dat voor de eeuwigheid in een oorlog gevangen is. Voor Amerikaanse bedrijven betekent dat een eindeloze goudmijn. Dat komt omdat, zelfs nadat Amerikaanse troepen vertrekken, de militair-industriele stoomwals - geënterd door aannemers, 'special ops' huurlingen, "ontwikkelingswerk" agentschappen en hun tussenpersonen – door zal blijven rollen.



Creative Commons-Licentie
Dit werk is gelicenseerd onder een Creative Commons Naamsvermelding-NietCommercieel-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie

dinsdag, juni 25, 2013

Het Verijdelde NSA Chantage Plan van Bush

Dit is een vertaling van "Bush's Foiled NSA Blackmail Scheme" dat verscheen in o.m.  Consortium News (21-6-2013)  en Truthout (23-6-2013) van Dennis J. Bernstein.
 
Meer dan een tien jaar geleden gaf president George W. Bush opdracht aan de 'National Security Agency'(NSA) om belastend materiaal te verzamelen van de leden van de VN-Veiligheidsraad , waarmee hij d.m.v. chantage, goedkeuring wilde afdwingen voor zijn agressieve oorlog tegen Irak. Maar de plot werd verijdeld door een dappere Britse inlichtingenofficier, Katharine Gun. 

In begin 2003, toen de Amerikaanse en Britse regeringen naarstig op zoek waren naar internationale instemming voor hun aanvalsoorlog tegen Irak, kwam de propaganda machine stil te liggen vanwege een onthulling dat de National Security Agency leden van de VN-Veiligheidsraad bespioneerde op zoek naar chantage materiaal.

De onthulling kreeg weinig aandacht in de reguliere Amerikaanse media, die zich vrijwel volledig schaarde in het pro-oorlog kamp, maar de onthulling kreeg veel internationale aandacht en maakte een eind aan het chantage plan. De Amerikaanse president George W. Bush en de Britse premier Tony Blair werden gedwongen om af te zien van een VN-resolutie en Irak binnen te vallen met een bijeengeraapte "coalition of the willing." 

Enkele maanden later werd de identiteit van de klokkenluider onthuld, een jonge vrouw genaamd Katharine Gun, die als vertaalster werkte bij de Britse tegenhanger van de NSA, de 'British Government Communications Headquarters' (GCHQ ). Gun verloor haar baan en werd aangeklaagd op grond van het schenden van de Britse geheimhoudingsplicht, maar de zaak werd geseponeerd omdat de rechter van de regering-Blair zou hebben verlangd openbaar te maken dat het druk had uitgeoefend op juridische adviseurs om een positief advies voor de invasie af te dwingen.
Nu, tien jaar later, heeft Edward Snowden, een jonge Amerikaanse systeemanalist die werkte voor de NSA, documenten onthuld van een wereldwijd spionage netwerk, hetgeen aanleiding gaf tot een heel ander internationaal debat – dat van overheid spionage versus persoonlijke levenssfeer. Pacifica's "Flashpoints" gastheer, Dennis J. Bernstein, ontving Katharine Gun om beide onderwerpen te bespreken.
  
Dennis J. Bernstein: Wat was je precies je functie toen je besloot om een bepaald document openbaar te maken?

Katharine Gun:
Mijn functie was taalkundig analist. Ik spreek Mandarijns Chinees. We vertaalden onderschept materiaal en stelden rapporten op voor de verschillende klanten van GCHQ, die normaal gesproken het ministerie van Buitenlandse Zaken of MI-5 en MI-6 zijn.
 

DB: Kun je iets meer vertellen over het document dat je openbaar maakte en het belang van de timing?

KG:
Het werd verstuurd op het einde van januari 2003, vlak voor de invasie van Irak. Ik zag een e-mail die was verzonden van de NSA naar GCHQ. Het was een verzoek aan GCHQ om de NSA te helpen bij het onderscheppen van informatie van de zes landen die op dat moment in de Veiligheidsraad zaten. Het doel was hun binnenlandse en kantoor telecommunicatie te onderscheppen, om zoveel mogelijk informatie over de afgevaardigden te verzamelen, die de VS vervolgens kon gebruiken om 'doelen, gunstig voor de Amerikaanse belangen' te bereiken. Ze verzochten om een breed scala van informatie, waardoor ik op de gedachte kwam dat ze de informatie mogelijk zouden gebruiken voor chantage of het omkopen van de VN-afgevaardigden.

DB: Het afluisteren vond plaats bij de Verenigde Naties?

KG: Ik vermoed van wel. Het zou kunnen gaan om het hoofdkwartier van de Verenigde Naties of misschien ook hun privé verblijfplaatsen.
 
DB: Het idee was om - op welke manier dan ook – de benodigde informatie te verzamelen om de bewuste leden ertoe te bewegen de Irak-oorlog te steunen?

KG: Ja. Toentertijd, als je niet werkte voor de inlichtingendiensten of op Buitenlandse Zaken van de VS of het Verenigd Koninkrijk, zou je waarschijnlijk aangenomen hebben dat Bush en Blair op dat moment druk doende waren om tot een diplomatiek oplossing te komen. Maar we weten nu, na een aantal lekken over de jaren heen, over de aanloop naar de oorlog in Irak, dat die oorlog altijd al op de agenda stond. Toen ik de e-mail zag dacht ik: "Dit is het bewijs dat oorlog op de agenda staat." Daarom heb ik besloten het publiek het moest weten.

DB: GCHQ is het 'Britse Overheid Communicatie Hoofdkwartier', het equivalent van de NSA (National Security Agency). Je werkte daar in de aanloop naar de oorlog in Irak. Kun je ons in herinnering brengen welke regeringen werden afgeluisterd? 

KG: Zes naties, nogal wat kleinere landen: Angola, Kameroen, en Pakistan, dacht ik. Mexico werd genoemd, en misschien Chili ook. Landen die over het algemeen niet bekend staan om hun grote, machtige posities bij de VN.

DB: Wat ging er door je heen in de aanloop naar de beslissing om deze informatie te lekken? Deze grote beslissing heeft de geschiedenis enigszins veranderd. Hoe heb je deze moedige beslissing gemaakt die ook je eigen leven zou veranderen?

KG: Ik was erg bezorgd. Ik had mezelf op de hoogte gesteld over de realiteit van Irak en de situatie daar, want ik ben opgegroeid tijdens de eerste Golfoorlog en de daarop volgende jaren van sancties. Ik was mij er constant van bewust dat Irak een land was dat vrijwel verwoest werd, en dat de bevolking in erbarmelijke omstandigheden leefde. Ik was van oordeel dat een nieuwe aanval op hen niet eerlijk en gerechtvaardigd zou zijn, want Irak vormde op geen enkele manieren een bedreiging voor de VS of het Verenigd Koninkrijk.
Dus toen ik de e-mail zag en besefte dat datgene wat achter gesloten deuren gaande was, een poging was om de VN zover te krijgen dat het iets zou autoriseren wat neerkwam op een 'preventieve' aanval op een land, besloot ik dat het publiek hierover moest worden ingelicht, want het maakte mij kwaad .

DB: Wat gebeurde er nadat je deze informatie maar buiten bracht? Wat is er gebeurd met je positie? Werd je geïntimideerd, aangevallen?

KG: In eerste instantie heb ik geprobeerd om anoniem te blijven, maar toen ik me realiseerde dat de gegevens die in de krant gepubliceerd werden herkenbaar zouden zijn als: afkomstig van GCHQ, besloot ik dat ik niet een dubbelleven wilde leiden bij GCHQ en doen alsof ik er niets mee te maken had. Ik vertrouwde het toe aan mijn afdelingshoofd en bekende dat het lek van mij afkomstig was. Daarna werd ik gearresteerd onder verdenking van het breken van de 'Official Secrets Act', ondervraagd en op borgtocht voor acht maanden vrijgelaten .

In november 2003, besloten ze me, tot onze verbazing, na zoveel tijd , alsnog aan te klagen, Na gesprekken met mijn juridisch team, waaronder 'Liberty', een organisatie die vergelijkbaar is met de Amerikaanse 'ACLU' , besloten we dat ik 'niet schuldig' zou pleiten, omdat ik persoonlijk vond dat hoewel ik de daad had verricht, ik mij niet schuldig voelde, want ik had 't gevoel dat ik niets verkeerd had gedaan. Onze verdediging zou hebben bestaan uit het vaststellen dat er sprake was van 'de wet overtreden vanuit noodzakelijkheid', iets dat nog niet eerder aan een rechtbank werd voorgelegd. Mijn juridisch team verzocht vervolgens om inzage van alle juridische adviezen in de aanloop naar de oorlog, en op dat punt besloot het Openbaar Ministerie om alle aanklachten tegen mij te laten vallen.

DB: Wat denk je dat hen ertoe bracht om je te vervolgen, en welke informatie zorgde ervoor dat ze de aanklacht introkken? Voelden ze dat ze bakzeil gingen halen ? Waren ze er op uit om te zorgen dat andere mensen in vergelijkbare posities, niet hetzelfde zouden proberen?
  
KG: Het blijft gissen natuurlijk want ze hebben verder niets onthuld. Ik vermoed dat een van de redenen voor de aanklacht was om mijn actie als voorbeeld te stellen om anderen mee af te schrikken. Aan de andere kant, toen ze de aanklacht introkken, vermoed ik dat er een aantal redenen zijn geweest. Toen we we bij de toenmalige procureur-generaal vroegen om inzage van het juridisch advies, was op dat moment, dat juridisch advies niet volledig openbaar gemaakt.

Tijdens de aanloop naar de oorlog, vroeg Blair uiteraard om juridisch advies. Het eerste concept was ongeveer 13 pagina's lang. De taal was erg voorzichtig - het stelde niet dat er was een duidelijke reden was voor oorlog. Het bevatte veel juridische termen van voorzichtigheid, maar op een gegeven moment werd Blair verteld dat het juridisch advies niet goed genoeg was. Hij had een waterdichte zaak nodig. De procureur-generaal formuleerde zijn advies vervolgens opnieuw, reduceerde het tot één pagina die vervolgens beschikbaar werd gesteld aan het Lagerhuis.

Dat is wat alle parlementsleden in het Lagerhuis ertoe overhaalde om te stemmen voor de betrokkenheid van Groot-Brittannië in de oorlog. Uiteindelijk is de ware informatie naar buiten gekomen, niet van mijzelf, maar via andere wegen en werd het duidelijk dat het juridisch advies van meet af aan niet waterdicht is geweest.
 
DB: Daniel Ellsberg zei dat jouw zeer belangrijke en moedige lek de enige was die op tijd kwam om een dreigend mogelijke oorlog af te wenden. Was het je wens om de oorlog te voorkomen?

KG: Ja, ik hoopte de Britse ministers de waarheid zouden zien en vraagtekens zouden plaatsen bij de acties van Blair en de geheime onderhandelingen die hij op dat moment voerde met Bush. Ik wilde meer transparantie over de kwestie. Ik wilde dat mensen zich zouden afvragen wat er gaande was en probeerde tegenwicht te bieden aan het breed gedragen enthousiasme voor een preventieve aanval tegen een land dat al zeer verarmd was en geen enkele bedreiging vormde, voor wie dan ook.

DB: Heb je ooit gehoord van mensen die op basis van jouw openbaringen, er achter kwamen ze werden afgeluisterd?

KG: Nee.

DB: Dus er waren geen bedankjes, afkomstig uit die hoek?

KG: Nee Op het moment van het lek, werd mijn naam niet naar buiten gebracht. Acht maanden later werd mijn naam openbaar gemaakt.

DB: Werd je leven erdoor veranderd? 

KG: Ik verloor mijn baan. De veilige, full-time, werkgelegenheid op lange termijn was niet meer
mogelijk. Dat heeft een impact gemaakt, vooral financieel, op mijn leven en dat van mijn familie. 

DB: We zien nu die buitengewone NSA lekken van Edward Snowden in de Britse Guardian. Wat zijn jouw gedachten hier over?

KG: Ik denk dat Snowden waarschijnlijk een stuk beter geïnformeerd is dan ik was op dat moment. Mijn lek bestond uit één component. Snowden heeft een lange tijd achter de rug binnen de Amerikaanse inlichtingendiensten. Hij is natuurlijk een zeer technisch onderlegde professional. Ik bewonder hem voor het nemen van deze enorme stap, die hij zeer zorgvuldig en methodisch heeft uitgedacht. Hij heeft een aantal zeer goede punten gemaakt. Dit soort problemen horen thuis in het publieke domein omdat het onschuldige leden van het bevolking betreft. Wij, het publiek, moeten hierin een zekere mate van zeggenschap hebben. 

DB: We horen dat mensen zoals jij, die lekten voor de oorlog, en Snowden nu, het leven van andere mensen in gevaar brengen, een gevaar zijn voor het volk. We horen dat geheimhouding noodzakelijk is om terreuraanslagen te voorkomen, en dat vele werden voorkomen door deze vorm van geheimhouding, onderzoek, aftappen en afluisteren die nu plaats vindt.
 

KG: Er is absoluut geen bewijs dat mijn gelekte informatie op enigerlei wijze iemand anders in gevaar heeft gebracht.

DB: Maar je werd daarvan beschuldigd. 

KG: Ja, ze houden ervan om beschuldigingen rond te strooien, absoluut. Maar in mijn geval, werd ik overwegend gesteund voor mijn acties. In het geval Snowden, staan de mensen - die een eerlijk en rechtvaardig inzicht in de problematiek hebben - achter zijn daden, evenals die van Bradley Manning, die momenteel terecht staat.

DB:
Ben je door dit alles geen vrienden of relaties verloren?

KG:
Ironisch genoeg, niet echt. Veel van mijn vrienden en collega's van GCHQ zijn ook weggegaan bij GCHQ, deels om vooruitgang te boeken in hun beroep. Ze zagen weinig kans om hun taalvaardigheden verder te ontwikkelen bij GCHQ en ik onderhoud nog steeds contact met hen.

DB: Als het moest, zou je het allemaal opnieuw doen?

KG: Dat is een moeilijke vraag. Ik ben nu getrouwd en heb een kind. Ik hoop dat ik het opnieuw zou doen, maar misschien zou ik het nu slimmer aanpakken. Snowden was erg goed geïnformeerd en lijkt precies te weten wat hij moet doen - hoe zijn veiligheid te beschermen en hoe uit de buurt te blijven van zijn onterechte arrestatie en berecht te worden zonder een eerlijk proces.

DB: Je taalvaardigheid. Gebruik je die nu?

KG: Niet nu. Ik ben alleen vloeiend in het Mandarijn Chinees. Ik spreek een beetje Japans en ik probeer nu Turks te leren.

DB: Dat kan goed van pas in de komende tien jaar of zo. Bedankt voor dit gesprek.


Creative Commons-Licentie
Dit werk is gelicenseerd onder een Creative Commons Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie