dinsdag, november 08, 2016

Waarom is het buitenlands beleid establishment zo gebrand op nog meer oorlog?


Kijk naar hun sponsors.
Oorlog is eerst en vooral een winstgevende zwendel.


Vertaling van een artikel van Dennis Kucinich dat verscheen in The Nation op 25 oktober 2016
"Why Is the Foreign Policy Establishment Spoiling for More War?" (links zijn door mijzelf ter verduidelijking toegevoegd)


"Washington DC is misschien wel de enige plek in de wereld waar mensen openlijk pronken met hun pseudo-intellectualiteit door samen te klitten, zich de kwalificatie denktank aan te meten, en geld aan te trekken van externe belanghebbenden met inbegrip van buitenlandse regeringen, om rapporten samen te stellen waarin een beleid voorgesteld wordt dat strijdig is met de real-life problemen van het Amerikaanse volk."

Als voormalig lid van het Huis van Afgevaardigden, herinner ik me 16 jaar van hoorzittingen van het Congres, waar doorgewinterde experts oorlogen kwamen bepleiten vanuit hun overtuiging die gebaseerd was op een cirkelvormige, frivole manier van denken ontdaan van diepte, werkelijkheid en waarheid. Ik herinner me de andere hoorzittingen, waar het Pentagon niet in staat bleek om een verklaring te geven voor meer dan 1 biljoen dollar aan rekeningen, niet meer kon traceren waar een bedrag van 12 miljard aan cash, bestemd voor Irak, gebleven was, en waarbij een test zodanig werd gemanipuleerd dat een slecht functionerende onderscheppingsraket wat makkelijker zijn doel kon vinden. Oorlog is eerst en vooral een winstgevende zwendel.

Dennis Kucinich
Hoe valt het anders te verklaren dat in de afgelopen 15 jaar de zogenaamde 'bipartisan' [boven de twee partijen staande] buitenlands beleid elite van deze stad oorlogen in Irak en Libië heeft aangemoedigd, en interventies in Syrië en Jemen, die de doos van Pandora naar een argeloze wereld heeft geopend, voor de somma van miljarden dollars, een mazzeltje voor de militaire aannemers. Washingtons denk'tanks' zouden onderverdeeld moeten worden in de klasse van gepantserde voertuigen en niet als verzamelplaatsen voor vluchtelingen van academies.

Volgens de voorpagina van de Washington Post van afgelopen vrijdag, dringt de 'bipartisan' buitenlands beleid elite er bij de volgende president op aan minder terughoudend dan president Obama te zijn. Met een luisterend oor naar het geluid van 'liberale' haviken die op humanitaire interventie (lees: oorlog) aandrongen, viel de Obama regering Libië aan, samen met geallieerde machten opererend via de NAVO.

De denktankers konden zich helemaal vinden in de invasie van Irak.  Niet behorend tot enige 'tank' heb ik mijn eigen analyse gemaakt toen de oproep tot oorlog kwam in oktober 2002, op basis van eenvoudig te verkrijgen informatie, en verpreidde het op grote schaal in het Congres en kreeg 125 Democraten zover dat ze tegen de Irak-oorlog resolutie stemden. Er kon geen geld verdiend worden met de conclusie dat die oorlog ongepast was, dus stuurde onze regering ons, ondanks de protesten van vele miljoenen mensen in de Verenigde Staten en wereldwijd, een afgrond in, omringd door veel leunstoel generaals die met oorlogsvaandels zwaaiden. Het ouwe jongens circuit van de Washingtonse denktanks hadden niets geleerd van de ervaringen in Irak en Libië.

De enige winnaars waren wapenhandelaars, oliemaatschappijen, en jihadisten. Onmiddellijk na de val van Libië werd de zwarte vlag van Al-Qaeda geplant op een gemeentelijk gebouw in Benghazi, kort daarop gevolgd door de moord op Gadaffi, met een minister Clinton die vilein grapte: "We kwamen, we zagen, hij stierf." 


President Obama trok blijkbaar lessen uit deze tegenslag, maar niet het beleidsestablishment in Washington, dat blijft zeuren om meer oorlog.

Het zichzelf liberaal noemende 'Center for American Progress'(CAP) roept nu op tot het bombarderen van Syrië, en schat dat de huidige militaire avonturen van Amerika afgerond zullen zijn in 2025, een vertraagde variant van 'mission accomplished'. CAP, dat, volgens een artikel in 'The Nation', fondsen heeft ontvangen van de oorlog contractanten Lockheed Martin en Boeing, de makers van de bommenwerpers waarmee die CAP het Hellevuur over Syrië wil laten regenen.

De 'Brookings Institution' heeft tientallen miljoenen van buitenlandse regeringen aangenomen, met name van Qatar, dat een belangrijke speler is in de militaire campagne om Assad te verdrijven. Gepensioneerd viersterren Marine generaal John Allen is tegenwoordig een Brookings senior fellow. Charles Lister is een senior fellow bij het 'Middle East Institute', dat financiële steun van Saoedi-Arabië ontvangt, de belangrijkste geldschieter die miljarden aan wapens levert om het Assad regime te laten tuimelen en een soennitische kalifaat te installeren dat zich uitstrekt over Irak en Syrië. Buitenlandse overheidsgeld bestuurt ons buitenlands beleid.

Onder het aanzwellend geluid van de oorlogstrom, schreven Allen en Lister een gezamenlijk ondertekend opiniestuk in 'The Washington Post Sunday', waarin wordt opgeroepen tot een aanval op Syrië. Het Brookings instituut erkende, in een rapport aan het Congres, dat het $ 250.000 ontvangen had van het Amerikaanse Central Command, CENTCOM, waar de generaal Allen leiderschap deelt met generaal David Petraeus. Pentagon geld dat naar denktanks gaat die oorlog adviseren? Dit is wetenschappelijke integriteit, Washington DC-stijl.

En waarom is het zo dat Central Command, evenals de Food and Drug Administration, het Amerikaanse Ministerie van Transport en de US Department of Health and Human Services geld doneren aan Brookings?

Voormalig minister van Buitenlandse Zaken Madeleine Albright, die de beroemde uitspraak tegenover Colin Powell deed "Wat is het nut van het tot je beschikking hebben van dit prachtige militaire apparaat je het altijd over hebt, als we het niet kunnen gebruiken" zegt heel voorspelbaar over de huidige moment: "We vinden dat er behoefte is aan meer Amerikaanse actie." Een voormalige top adviseur onder de regering-Bush dringt er ook op aan dat de Verenigde Staten een aanval op Syrië met kruisraketten moet starten.

Voormalig minister van Buitenlandse Zaken Madeleine Albright, die de beroemde uitspraak tegenover Colin Powell deed "Wat is het nut van het tot je beschikking hebben van dit prachtige militaire apparaat je het altijd over hebt, als we het niet kunnen gebruiken" zegt heel voorspelbaar over de huidige moment: "We vinden dat er behoefte is aan meer Amerikaanse actie." Een voormalige top adviseur onder de regering-Bush dringt er ook op aan dat de Verenigde Staten een aanval op Syrië met kruisraketten moet starten.

Het Amerikaanse volk heeft schoon genoeg van de oorlog, maar in een meervoudige poging wordt getracht door middel van angstzaaierij, propaganda en leugens ons land op een gevaarlijke confrontatie voor te bereiden met Rusland in Syrië.

De demonisering van Rusland is een berekend plan om een bestaansrecht te doen herleven voor stoffige koude-oorlog strijders die uit de vuilnisbak van de geschiedenis proberen te ontsnappen door het oproepen van het spookbeeld van Russische wereldheerschappij.


Het is besmettelijk. Eerder dit jaar zond de BBC een pseudo-documentaire uit waarin een mogelijke WO III aanleiding behandeld werd, beginnend met een Russische invasie van Letland (waar 26 procent van de bevolking etnisch Russisch is en 34 procent van de Letten thuis Russisch spreken).

In het denkbeeldige WO III scenario woordt geopperd dat Rusland Londen uitkiest voor een nucleaire aanval. Geen wonder dat in de zomer van 2016 een opiniepeiling toonde dat twee derde van de Britse burgers spontaan instemden met de aankondiging van de nieuwe Britse premier tot lancering van een nucleaire aanval als vergeldingsmaatregel. Daar gingen de lessen die geleerd hadden moeten worden, zoals die uit het Chilcot rapport naar voren waren gekomen.

Terwijl dit jaar een beslissing valt over wie de nieuwe president van de VS gaat worden, zijn de Washington ideologen dezelfde bipartisan consensus aan het herkauwen dat Amerika na 9/11 onafgebroken in oorlog heeft gehouden en waarmee de wereld een aanzienlijk gevaarlijker plek werd.

De denktanks uit Washington bieden dekking voor het politieke establishment, vormen een politiek vangnet, met een fictief analytisch kader waarmee morele beweegredenen verstrekt worden voor interventie, de in het Capitol geldende rechtsbeginselen. Ik heb schoon genoeg van de Washingtonse-beleid elite die geld opstrijkt uit de oorlog, terwijl ze zich presenteren als deskundigen, ten koste van het leven van andere mensen, onze nationale bezittingen, en de heilige eer van ons land.

Elk rapport dat voor oorlog pleit en afkomstig is van een vermeende denktank zou moeten worden vergezeld van een lijst van sponsors en donateurs van de denktank en een verklaring over de lobby-connecties van de auteurs van het rapport.

Het is onze patriottische plicht om bloot te leggen waarom het buitenlands beleid establishment uit Washington en diens sponsors niet van hun mislukkingen hebben geleerd en in plaats daarvan in herhaling vallen, met de instemming van de politieke klasse en slaapwandelaars met de pers-pasjes.

Het is ook tijd voor een nieuwe vredesbeweging in Amerika, een die zowel progressieven als libertariërs omvat, zowel in als buiten het Congres, die gaat organiseren op campussen, in steden en dorpen in heel Amerika, om als een effectief tegenwicht te dienen voor de "Demuplican" oorlogspartij, de denktanks, en hun media cheerleaders. Het werk begint nu, niet na de inauguratie. We moeten oorlog niet als iets onvermijdelijks accepteren, en de leiders die ons in die richting leiden, zowel in het Congres en het Witte Huis, moeten zichtbare oppositie tegenover zich ervaren.


Creative Commons-Licentie
Dit werk valt onder een Creative Commons Naamsvermelding 4.0 Internationaal-licentie.